Peter van Lier bespreekt Nederland in stukken op De Reactor:
‘Ziehier het Nederland in stukken dat Van der Graaff ons voorschotelt in de bundel. Dat ‘in stukken’ kan zeker op drie manieren gelezen worden. Ten eerste verwijst de uitdrukking naar documenten, de bundel lijkt vooral opgebouwd uit een collage van beleidsstukken en andere formele teksten. Ten tweede verwijst zij naar het fragmentarische karakter van de bundel. Vooral in de reeks ‘Word-document Nederland’ lijken de gedichten te bestaan uit aan elkaar gesamplede fragmenten, die op zinsniveau vaak versnipperd en verhaspeld worden gepresenteerd. Ten derde is ‘in stukken’ synoniem met ‘aan flarden’, de dichter presenteert Nederland als een totaal kapot gepland en gerationaliseerd land. Niet voor niets komt de moderne filosoof René Descartes (1596-1650) als grondlegger van het objectiverende denken nog even ter sprake in een hedendaagse context waarin de dood regeert: ‘Ging Descartes naar de slager. Legde het dier. / Afgeschermd van kantoorlawaai. Bloot.’’
Van Lier brengt de bundel vervolgens in verband met het werk van Obe Alkema, Frank Keizer, Dominique De Groen en Arno Van Vlierberghe. Zijn conclusie:
‘Als analyse van het huidige tijdsgewricht met de mogelijke ontluisterende consequenties ben ik onder de indruk van de bundel, maar ook voel ik een dringende behoefte aan enig perspectief zoals je die aantreft in de gedichten van Keizer en Alkema.’